In de eerste bergrit van de Ronde van Zwitserland kozen vier renners voor een vroege vlucht, waaronder twee Nederlanders: Lars Boom en Nick van der Lijke. Zij hadden gezelschap van Larry Warbasse en Antoine Duchesne en liepen uit naar een maximale voorsprong van bijna acht minuten. Op het programma stonden vandaag twee serieuze beklimmingen.
Werken tot aan de Col de Mosses
Mike: "Het duurde wat langer vandaag voordat de vroeg vlucht vertrok. Dat kostte al gelijk energie, omdat we niet een te grote groep wilden laten rijden. Dit om de leiderstrui van Matthews te beschermen. Uiteindelijk dus die vier weg en dat was allemaal prima. Op dat moment heb ik samen met Albert Timmer en Gediminas Bagdonas (AGR La Mondiale) de groep gecontroleerd. Dat waren ook de afspraken en het plan. Aan de voet van de Col de Mosses maakte de ploeg van Bahrein flink tempo en zat et er weer op. Er werd een groep van ongeveer dertig renners gelost, waarmee we naar de streep zijn gereden."
Wedstrijdverhaal
Aan de voet van de tien kilometer lange slotklim volgden in het peloton een spervuur aan demarrages. Het was Damiano Caruso die als eerste versnelde, waarna renners als Spilak en Pozzivivo hetzelfde probeerden. Ook Steven Kruijswijk was mee. In de laatste kilometers kwam de uitgedunde groep der favorieten nog akelig dichtbij Larry Warbasse, die als enige was overgebleven van de kopgroep. Maar aan de finish kwamen ze veertig seconden te kort. In de sprint om de tweede plek moest Kruijswijk alleen Caruso, die de leiding in het klassement overneemt, voor zich dulden.
Mike kwam als 151e op 22 minuten en 3 seonden van Warbasse over de streep. In het algemeen klassement staat hij op plaats 127.